Subtitel: Intelligence Redefined
Auteur: Scott Barry Kaufman
Een indrukwekkend boek van een vooraanstaand psycholoog die eerder het boek Transcend schreef over het werk van Abraham Maslow.
De titel ‘Ungifted’ is te vertalen als ‘Ongetalenteerd’, zonder aanleg of talent en impliciet intellectueel beperkt. Het is een categorie van mensen die niet positief opvallen op school en door leerproblemen achter blijven. Het autisme spectrum, ADD en ADHD (aandachtsstoornissen en onvermogen om te concentreren), dyslexie, sociale omstandigheden, etc. komen aan de orde. Volgens de subtitel ‘Intelligence Redefined’ werkt de auteur toe naar een nieuwe definitie van intelligentie, maar daarvoor moet je wachten tot hoofdstuk 13.
Het boek gaat op een aantal fronten diep in op het wetenschappelijk onderzoek naar intelligentie en de betrokkenheid van de auteur daarbij. Voor een populair wetenschappelijk boek gaat het daarin wat te ver voor leken.
Wat is intelligentie?
Een korte definitie: “Intelligentie is een zeer algemeen mentaal vermogen voor o.a. redeneren (logica), plannen (vooruitzien), problemen oplossen (creativiteit), abstract denken, snel leren en leren van ervaringen.”
Intelligentie en slimheid zijn verschillend want je ziet mensen die (vermeend) intelligent zijn soms uiterst domme dingen doen. En slimme mensen zijn soms in praktische zaken bijzonder vindingrijk en maatschappelijk succesvol, maar niet bijster intelligent.
Naast de intelligentie van de IQ testen zijn er andere maatstaven die doorgaans minder rigide worden toegepast. Bekend is het Emotioneel Quotiënt (EQ) dat empathisch vermogen beschrijft, het aanvoelen van emoties, wat uiteraard helpt bij sociale contacten.
Andere vormen van intelligentie zijn soms gespecialiseerd zoals Mathematische Intelligentie (specifieke abstracties). Een tegenpool van het laatste zijn visuele en kinesthetische ‘intelligentie’ waarmee je zaken op een unieke manier kunt waarnemen (o.a. in de kunst) of de manier van fysieke expressie (o.a. sport). Begin jaren ‘80 definieerde psycholoog Howard Gartner zijn theorie van meervoudige intelligenties met 8 verschillende vormen. Er zijn inmiddels verschillende aanvullende benaderingen met 9 tot 12 of meer vormen. Sommige definities lijken meer op vaardigheid te wijzen dan een vermogen.
IQ, hoe slim ben je?
Kaufman duikt diep in de materie van Intelligentie, wat is het en hoe werkt het. Hij beschrijft de historische oorsprong van IQ-testen. De intentie van de Franse onderzoeker die hier de eerste basis voor legde was om een middel te hebben om achterblijvende leerlingen extra zorg te kunnen bieden. Helaas is het principe van de IQ test – door overduidelijk minder getalenteerde cijferaars – misbruikt en rigide toegepast voor eigen doelen.
Een IQ test is een momentopname. Het is geen beoordeling/veroordeling hoe slim je bent – in verhouding tot anderen – die voor de rest van je leven geldig is. Je hebt altijd het vermogen om te groeien en je hersens, je kennis en je inzichten, en je intellect verder te ontwikkelen.
Saillant is ook dat een onderzoeker op een gegeven moment opmerkte dat de scores van IQ testen over de hele wereld steeds hoger werden. Alleen viel dit niemand op. De IQ test meet de gemiddelde intelligentie van de geteste groep, en die norm wordt altijd op 100 gesteld. De absolute scores lopen op door beter onderwijs, betere leefomstandigheden zoals voeding en huisvesting, medische zorg, etc. Maar gemiddeld (!) is de score van IQ testen nog steeds 100, met individuele uitschieters.
Talent of inzet
Talent of aanleg is het vermogen om vaardigheden sneller aan te leren. De minder getalenteerden moeten er wat meer moeite voor doen. Ik kreeg eens het ‘compliment’ dat ik zoveel talenten had (schrijven… mwahhh, programmeren, informatietechniek, diepe interesses, etc.). Mijn reactie was ietwat verontwaardigd: “Dat is geen talent dat mij is komen aanwaaien maar een set diverse vaardigheden die ik door hard werken heb ontwikkeld. Thanks, but no thanks…”.
Maar het is nu eenmaal zo dat ‘natuurlijk’ talent vreemd genoeg meer waardering krijgt dan vaardigheden opgedaan door hard werk. Kennelijk is dat laatste een kwestie van streberig gedrag of jezelf willen bewijzen wat als minder positief ingeschat wordt.
Experiment op school
Bij een experiment kreeg een leerkracht een lijst van de kinderen die tijdens intelligentietesten een hoge score haalden. Die kinderen kregen vervolgens extra aandacht en aanmoediging. Het resultaat was voorspelbaar, de kinderen bloeiden op.
Maar dat was niet het experiment! Wat de leerkracht niet wist, was dat de lijst… geheel willekeurig was opgesteld. De selectie was absoluut niet op intelligentie of talent. Wat het verschil maakte was de extra aandacht die de leerkracht een willekeurige groep leerlingen gaf. Het is schokkend dat vrijwel alle kinderen in de betreffende klas het beter hadden kunnen doen met dezelfde aandacht! Indirect is het resultaat van dit experiment een aanklacht tegen de kwaliteit van het onderwijs.
Mindset
Het is vaak het geloof in een ‘onveranderbare instelling’ (fixed mindset) die je beperkt houdt in je ontwikkeling. Oftewel, ‘een dubbeltje wordt nooit een kwartje’. Maar met goed ‘investeren in jezelf’ en inzet om er wat van te maken, kan je zelfs veel meer bereiken dan dat kwartje. Alleen moet dan wel het kwartje vallen dat een kwalificatie van ‘dom’ of middelmatig geen veroordeling is maar een opinie op basis van te weinig informatie. Je kan er wat van maken door niet in termen van ‘schaarste’ (beperkte vermogens) te denken maar van ‘mogelijkheden’.
De ‘open instelling’ (open/flexible mindset) is geen arrogantie van ‘ik leer dat wel even’, maar openstaan voor het leren van nieuwe vaardigheden. Het is je bewust zijn van het proces van iets proberen, niet bang zijn om fouten te maken en ervan te leren. Je pakt zaken onbevangen aan en bent niet bang voor uitdagingen omdat je weet dat succes een kwestie is van leren en één keer minder falen dan slagen. Oftewel, ‘niet geschoten, altijd mis’. Je denkt steeds in termen van mogelijkheden en probeert creatieve en constructieve oplossingen. Zowel hard werken als slim werken.
Slim = Talent = Succesvol?
Succesvolle mensen zijn vaak slim, maar op hun eigen manier. Daarbij is hun succes vaak te wijten aan hard werken en doorzetten. De andere kant van de medaille is dat slimme mensen (bovenmatig IQ) niet noodzakelijk succesvol zijn. Maatschappelijk succes is absoluut niet gegarandeerd voor mensen met een hoog IQ. Soms zelfs integendeel.
Het gezegde is dan ook: A-studenten werken voor managers die B-studenten waren in bedrijven die eigendom zijn van C-studenten. Het lijkt de omgekeerde wereld! Maar de rol van scholen is dan ook om feitelijke kennis in leerlingen te stampen om ze zogenaamd klaar te maken voor het bedrijfsleven. De bedrijven en instellingen klagen vervolgens dat het niveau van de afgestudeerden niet past bij de vacatures. Problemen oplossen en inzicht tonen of ontwikkelen is dan ook een andere tak van sport dan ‘goed kunnen leren’. Spreekwoordelijk is dan ook de cynische observatie van iemand in een wat lagere functie “gut, jij kon vroeger toch zo goed leren!?’.
Op school leren wij voornamelijk om feiten te onthouden. Dit zijn veelal zinloze gegevens waar wij de rest van ons leven weinig aan hebben. Wie weet nog de jaartallen van de geschiedenislessen? Ja, 1600 van de Slag bij Nieuwpoort! Waar ligt Nieuwpoort ook alweer? Ach… zoeken we op!
Wat je niet leert is om logisch na te denken over praktische zaken! Tijdens maatschappijleer komen kiesstelsels aan de orde maar veel te weinig mensen stemmen nog, afgestompt door politiek gekrakeel. ‘Een goed leven opbouwen’ is geen vak, dat is een kwestie van ervaring waardoor het voor te veel mensen een broddellap is. Wat is een broddellap? Zoek het maar op…
Persoonlijke ervaringen van de auteur
Kaufman begint elk hoofdstuk met een korte anekdote uit zijn eigen leven. Door leerproblemen werd hij bijna ingedeeld bij de leerlingen met ‘speciale behoeften’, oftewel de ‘achterblijvertjes’. Maar hij wist veel van zijn problemen te overkomen en nam uitdagingen aan die boven zijn niveau leken te liggen. Uiteindelijk ontwikkelde hij zich tot een vooraanstaand research psycholoog (geen klinisch werk met patiënten) met meerdere gezaghebbende boeken op zijn naam. Goed gedaan voor een onderdeurtje!
Door een paar ‘rode vlaggen’ die zijn onderwijzers zagen, werd zijn potentieel zwaar onderschat. Dit afgezien van het feit dat potentieel moeilijk te definiëren is, de meeste leerkrachten komen meestal niet verder dan “leerling toont te weinig inzet” zonder de balk in eigen oog te willen zien.
Leerlingen moet je leren om te leren en niet alleen trainen op testen scoren. Met het eerste kweek je creatieve leden van de maatschappij. Met ‘goed in (geheugen)testjes’ krijg je mensen die te vaak in de maatschappij minder goed scoren dan op school. Maar uiteraard bevestigen de uitzonderingen de regel…
Speciale behoeften
Het onderwijs wordt wel beter in het herkennen van specifieke leerproblemen zoals dyslexie en autismespectrum. Maar de budgetten blijven beperkt en leerkrachten staan onder druk om veel te doen in weinig tijd. Een groot deel van hun tijd gaat bovendien op aan bureaucratie die geen zinvol doel heeft afgezien van het bezighouden van ambtenaren op het ministerie.
Allerlei beperkingen bij leerlingen zijn niet zo moeilijk op te sporen, maar het onderwijs dient er wel voor open te staan. Aangepaste voorzieningen zijn meestal te regelen en het is van belang de ouders te betrekken bij het overkomen van de beperkingen. En veel beperkingen blijken talent op andere gebieden te maskeren waardoor de kansen nog kleiner uitvallen.
Het onderwijslandschap kent een aantal succesvolle experimenten en onderwijsvormen. Maar door de boot genomen is de norm nog steeds om ‘standaard leerlingen’ klaar te stomen via ‘standaard onderwijs’ voor ‘standaard banen’. En daarbij vallen nog steeds te veel leerlingen buiten de boot die niet helemaal tot helemaal niet aan de ‘standaard’ voldoen.
Vervolgens zit de maatschappij opgezadeld met het resultaat van falend onderwijs en lopen de achterstandswijken vol met de ‘mislukkingen’. Wat in werkelijkheid mislukt is, is de intentie om elk kind zijn of haar potentie te laten ontwikkelen. Die kans krijgen ze helaas niet altijd. Althans, dat is mijn persoonlijke mening. Ervaringen variëren en de opinie over dit soort zaken ook,
Begaafde en hoogbegaafde kinderen verdoen een groot deel van hun tijd in het reguliere onderwijs. Ze zouden vrij moeten zijn om zich in hun eigen tempo te ontwikkelen. Dat laatste geldt uiteraard ook voor de mindere goden. Maar mensen die buiten de norm vallen worden helaas vaak slecht begrepen. Ze worden al snel afgedaan als ‘niet normaal’ en dat is een waarheid als een koe waaruit men niet de juiste conclusies trekt. Wat de boer niet kent…
Conclusie
‘Ungifted’ is een indrukwekkend boek. Naast persoonlijke anekdotes zijn er veel referenties naar wetenschappelijk onderzoek van Kaufman en zijn collega’s over de hele wereld. Soms gaat dat laatste wat diep voor leken. Het bevat erg veel en herhaalde kritiek op het misbruik van IQ testen.
Hij besluit het boek met een oproep tot een nieuwe definitie voor menselijke intelligentie gebaseerd op individuele achtergronden en ervaringen. Hij noemt zijn eigen concept de ‘Theorie van Persoonlijke Intelligentie’ die hij kort samenvat als ‘de dynamische interactie van betrokkenheid en vermogens in het nastreven van persoonlijke doelen’. Daarbij gaat het niet meer om het vergelijken met de intelligentie en talent van anderen omdat elke persoon een unieke combinatie van eigenschappen, kennis, ervaringen en mogelijkheden heeft. Daarmee is intelligentie meer dan rationeel alleen en gericht op een leven van problemen oplossen om persoonlijke doelen te realiseren.
Het boek bevat veel verhalen over het ontstaan van het IQ als maatstaf. Dat geeft veel goede intenties aan. Maar ambtenaren en cijferaars zijn ermee aan de haal gegaan als een makkelijk te gebruiken instrument voor hun eigen doeleinden. Onderwijl is bij integere wetenschappers allang duidelijk dat er een betere basis nodig is om kinderen tijdens hun scholing te ‘meten’ en te begeleiden. Maar de onderwijs-industrie maalt liever op de gezapige manier door en is grotendeels blind voor het feiten dat er mensen door de gehaktmolen worden gehaald.
Niet dat bedrijven en instellingen het veel beter doen om het talent en kennis van mensen te benutten. ‘Human resources’ gaat niet over simpele bedrijfsmiddelen maar over mensen en vaardigheden die aangepast moeten worden aan de globale taakstelling van het bedrijf. Helaas is het nog steeds makkelijk om vierkante functie-gaten te ontwerpen en daar rond werkvolk in te hameren. Er zijn lichtpuntjes in het succes van meer zelfsturende organisaties, maar er is nog een lange weg te gaan.
Zie Goodreads voor meer beoordelingen.